De huidige data technologie en mobiele tech cultuur laten de fysieke werkelijkheid en de virtuele representaties ervan gemakkelijk overlappen (dit heet transrealiteit). Triggers die in een virtuele vorm worden gegenereerd kunnen met behulp van die ontwikkeling dus gemakkelijk in een reguliere werkelijkheid worden ingezet. En dat kan nu ook op grote schaal. Sowieso hoeven triggers ook niet altijd onderdeel van een game omgeving te zijn. Ze passen ook altijd in een werkelijkheid daarbuiten.
Vreemd? Nee, we gebruiken ze ongemerkt al heel vaak. Ouders gebruiken ze bij de opvoeding van hun kinderen. Marketeers gebruiken ze als motivatie- en bindingsmiddel voor klanten en prospects. Trainers gebruiken ze als middel om beleving bij hun publiek te verhogen. In de praktijk blijkt integratie van games en dagelijkse niet-game-uitdagingen een positief effect te hebben op het resultaat van die laatste. Het paradoxale hieraan is dat wanneer mensen bewust kiezen om een game te spelen, ze bewust afstand nemen van serieuze, gangbare activiteiten, en wanneer ze ervoor kiezen om een serieuze, rationele overweging te maken, ze een bezigheid als gaming daar ver buiten (lijken te) laten. Op het eerste gezicht hebben beide dus weinig met elkaar te maken. Wanneer game principes echter verweven worden met de praktijk, hebben ze – misschien vindt u het onverwacht – een positief effect op resultaten in die praktijk.